Asbest en verplichting asbestattest

Wat is asbest?

Asbest is een verzamelnaam voor een aantal minerale gesteenten, vrij in de natuur voorkomend. Het gesteente bestaat uit samengedrukte vezels.
De mineraalvezels werden door hun goede eigenschappen (water-, hitte- en vuurbestendig; sterke vezel; bestand tegen zuren, logen en micro-organismen; goed isolerend) en lage kostprijs zeer veel verwerkt in allerlei (bouw)materialen, filters, isolatie, kledij, ... 
De vezels zijn zodanig klein dat ze niet zichtbaar zijn met het blote oog. Asbest blijft splitsen tot fijne, inadembare vezels die tot diep in de longen dringen. De asbestvezels behouden echter een lengte die de afvoer uit onze longen moeilijk maakt.

Asbestafbouwbeleid

Het asbestafbouwbeleid is een reeks maatregelen en richtlijnen die door overheden zijn ontwikkeld om de risico's van asbest voor de volksgezondheid te minimaliseren en uiteindelijk een asbestvrije omgeving te creëren. Dit beleid richt zich op het veilig identificeren, beheersen en verwijderen van asbesthoudende materialen uit gebouwen en infrastructuur. 

Achtergrond en noodzaak van het asbestafbouwbeleid

Asbest, eens geprezen om zijn sterkte en hittebestendigheid, werd op grote schaal gebruikt in de bouw- en industriesector tot de gezondheidsrisico's bekend werden. Inademing van asbestvezels kan ernstige ziekten veroorzaken, waaronder longkanker, asbestose en mesothelioom. Als gevolg hiervan hebben veel landen wetten en regelgeving ingevoerd om de blootstelling aan asbest te beperken en te beheren.


Kerncomponenten van het asbestafbouwbeleid

1. Inventarisatie en registratie:

Een van de eerste stappen in het asbestafbouwbeleid is het inventariseren en registreren van alle asbesthoudende materialen in bestaande gebouwen. Dit omvat het uitvoeren van gedetailleerde asbestinventarisaties en het bijhouden van registers met de locaties en staat van asbesthoudende materialen.

2. Veilige verwijdering:

Het beleid stelt strikte richtlijnen voor de veilige verwijdering en afvoer van asbest. Dit omvat het gebruik van gekwalificeerde en gecertificeerde asbestverwijderaars, die speciaal zijn opgeleid om op een veilige manier met asbest om te gaan.

3. Regelgeving en handhaving:

Overheden hebben regelgeving ingevoerd die het gebruik van asbest in nieuwe constructies verbiedt en strikte protocollen voorschrijft voor de verwijdering ervan uit bestaande gebouwen. Handhaving van deze regelgeving is essentieel om ervoor te zorgen dat alle betrokken partijen zich houden aan de veiligheidsnormen.

4. Publieksvoorlichting en -educatie:

Een belangrijk aspect van het beleid is het informeren en educeren van het publiek over de gevaren van asbest en de procedures voor veilige omgang ermee. Dit helpt om bewustzijn te creëren en ervoor te zorgen dat eigenaren van gebouwen en aannemers hun verantwoordelijkheden begrijpen.

5. Financiële en technische ondersteuning:

Veel regeringen bieden financiële steun en subsidies om de kosten van asbestverwijdering te helpen dekken. Daarnaast wordt technische ondersteuning geboden aan eigenaren van gebouwen en aannemers om hen te begeleiden bij het naleven van de regelgeving.

Voorbeelden van asbestafbouwbeleid in verschillende landen

Nederland:

In Nederland heeft de overheid een ambitieus asbestafbouwbeleid opgesteld, waarbij alle asbestdaken vóór 2024 verwijderd moesten zijn. Hoewel de deadline is uitgesteld, blijft de overheid vastbesloten om asbest uit de leefomgeving te verwijderen door middel van subsidies en strikte handhaving van regelgeving.

België:

België heeft ook een uitgebreid asbestafbouwbeleid. Het Vlaamse Gewest heeft bijvoorbeeld het Asbestafbouwprogramma, dat erop gericht is om tegen 2040 alle asbesthoudende materialen in gebouwen te inventariseren en te verwijderen.

Australië:

Australië heeft strikte wetten die het gebruik van asbest verbieden en voorschrijven hoe bestaande asbesthoudende materialen moeten worden beheerd en verwijderd. Het land heeft een nationaal register voor asbest en biedt uitgebreide richtlijnen voor veilige verwijdering en afvoer.

Uitdagingen en toekomstperspectieven

Het asbestafbouwbeleid staat voor verschillende uitdagingen, waaronder de hoge kosten van asbestverwijdering, het beheren van asbest in oude en verwaarloosde gebouwen, en het opleiden van voldoende gekwalificeerde professionals. Ondanks deze uitdagingen is de voortgang naar een asbestvrije toekomst onmiskenbaar, aangedreven door voortdurende inspanningen van overheden, industrieën en gemeenschappen.
De toekomst van het asbestafbouwbeleid ligt in de ontwikkeling van nieuwe technologieën en methoden voor asbestverwijdering, de versterking van wet- en regelgeving, en de verdere educatie van het publiek. Door deze inspanningen kunnen we werken naar een wereld waarin de gevaren van asbest tot het verleden behoren.

Wat is een asbestattest?

Een asbestattest is het resultaat van een asbestinventarisatie van een gebouw. Op basis van deze inventarisatie levert de OVAM voor elk gebouw een uniek asbestattest af. Dit attest bevat informatie over asbest in het gebouw en toetst of het asbestveilig is. Het beschrijft voor een normaal gebruik van het gebouw:

  • welke materialen of gebouwonderdelen asbest bevatten;
  • wat de staat is van het asbest;
  • het advies over hoe het veilig beheerd of verwijderd kan worden.

Geldigheid 

Indien de woning niet asbestveilig verklaard wordt, is het asbestattest 10 jaar geldig. In geval er één of meerdere asbestmaterialen met een verhoogd risico worden aangetroffen, is het asbestattest slechts 5 jaar geldig.
Wordt de woning asbestveilig verklaard? Dan is het attest onbeperkt geldig.
Let wel: als er renovaties, sloopwerkzaamheden of andere structurele veranderingen plaatsvinden, moet het asbestattest mogelijk worden bijgewerkt of opnieuw worden uitgegeven. Dit komt omdat dergelijke veranderingen de staat van asbesthoudende materialen kunnen beïnvloeden.

Wanneer is een asbestattest verplicht?

Er is een verplichting bij een overdracht onder levenden, naar een nieuwe eigenaar, van een toegankelijke constructie die gebouwd is vóór 2001.

Voor een toegankelijke constructie (gebouwd vóór 2001) die kleiner is dan 20 m² is het asbestattest niet verplicht, behalve als:

  • de som van de over te dragen toegankelijke constructies 20 m² of groter is;
  • de toegankelijke constructie onderdeel uitmaakt van een groter bouwkundig geheel.

Het asbestattest moet aanwezig zijn op het moment van de overdrachtsovereenkomst.

Voor de gemeenschappelijke delen van panden is er een algemene verplichting voor VME's om uiterlijk op 31-12-2026 over een asbestattest te beschikken.
Voor de gemeenschappelijk gebruikte delen ligt deze datum vast op uiterlijk 30-04-2025.

Het onderscheid tussen deze twee wordt onderaan deze pagina uitgelegd.

Is er al een asbestattest beschikbaar bij de verkoop van een pand vóór die datum dan moet de eigenaar de inhoud hiervan meedelen aan de kandidaat-koper bij het sluiten van de overeenkomst.

In de toekomst

Vanaf 2032 zal voor elke toegankelijke constructie die gebouwd is vóór 2001 en waarvan u eigenaar bent, een asbestattest verplicht zijn, ook als u geen plannen voor een overdracht heeft.

Bij verhuur

Verhuur op zich is momenteel geen aanleiding om een asbestattest te laten opmaken. Als er een asbestattest beschikbaar is, dan bent u als eigenaar echter wel verplicht om een kopie te bezorgen aan de huurder(s).

Gemeenschappelijke (gebruikte) delen

In het kader van het asbestattest in België wordt een onderscheid gemaakt tussen gemeenschappelijke delen en gemeenschappelijk gebruikte delen, vooral in appartementsgebouwen en mede-eigendomssituaties.

Gemeenschappelijke delen

Dit zijn de delen van een gebouw die juridisch gemeenschappelijke eigendom zijn van alle mede-eigenaars. Ze worden in principe vermeld in de basisakte van het gebouw.

Voorbeelden:

  • De dragende structuren van het gebouw (zoals de funderingen en de buitenmuren);
  • Het dak;
  • Trappenhallen en liften;
  • Hoofdleidingen voor water, elektriciteit en verwarming.

Voor de gemeenschappelijke delen is een apart asbestattest nodig.

Gemeenschappelijk gebruikte delen

Voor gemeenschappelijk gebruikte delen is enkel een apart asbestattest nodig als er een (facultatieve) splitsing is van het inspectiegebied. Het gaat bijvoorbeeld om een traphal in een kantoorgebouw van eenzelfde eigenaar.

Wanneer spreekt men van gemeenschappelijk gebruikte delen? Als men voor een gebouw van één eigenaar het asbestattest opsplitst in meerdere attesten. In dat geval zijn de delen die gemeenschappelijk gebruikt worden door de verschillende gebruikers van het gebouw, gemeenschappelijk gebruikte delen.


Extra informatie over alles wat met asbest te maken heeft, vindt u terug op de website van OVAM.